Geschiedenis
Hoe het begon
Een druppel water welt op onder een steen. Van een takje er boven: nog een druppel. Twee trekken een derde aan. En dan is er opeens een stroompje: het begin van een rivier die uitmondt in een zee. Sinds 1992, 1993, ontdekten mensen een plek in Zwolle waar zij hun verhaal kwijt konden. Anoniem, zonder vervolg. Een plek met een luisterend oor. De tot werkplek omgebouwde garage van de pastorie aan de Lassuslaan 12.
Langzaam maar zeker kon er op die werkplek niet meer gedaan worden waar hij voor was bestemd: studie. De hoeveelheid druppels vormde samen een stroom die om kanalisering vroeg. De toenmalig diakonaal predikant en bewoner van de pastorie, Egbert van Veldhuizen, vroeg de stedelijke Hervormde Diaconie een haalbaarheidsonderzoek te mogen verrichten voor het opzetten van een luisterplek waar mensen die hun verhaal kwijt willen of met hun ziel onder hun arm lopen, terecht zouden kunnen. Het verzoek werd ingewilligd en uit contacten met officiële hulpverlenende instellingen als RIAGG, CAD, Maatschappelijk Werk, (toen nog) 'Raalte' bleek het volgende.
Er blijken mensen te zijn die ooit gebruikt gemaakt hadden van die diensten en nu 'uitbehandeld' waren. Dan mensen die van de ene dienst naar de andere dwaalden, draaideur in draaideur uit, nergens echt op hun plaats. En dan mensen die elk contact vermijden, of het (nog) niet aandurfden, of als onvoldoende urgent werden geëtiketteerd. Honderden mensen tussen de wal en het schip. Onzichtbaar aanwezig, veelal thuis zittend, met weinig of geen vrienden, familie, sociale contacten. Veel van hen ook bejaard. Honderden mensen, met ieder een eigen ziel, een eigen verhaal. Behoefte aan een ander, er te zijn voor zo'n ander. Om aandacht te vragen en aandacht te geven.
De zin en het nut van een plek voor deze mensen waren aangetoond. De vraag werd zelfs gesteld: 'waarom zijn er al zo'n stuk of honderd van zulke plekken in Nederland, laagdrempelige inloopplekken en -huizen, en waarom is er zo'n plek nog niet in Zwolle? Tja, maar: waar zal die plek komen, en: wie zal dat betalen? Als een wonder daalde er uit de Zwolse hemel een tot op heden anoniem gebleven donor. Er was een plek: de Heiligeweg 1, (de voormalige kunstuitleen) en dat pand mochten we huren voor de som van F 1.- per jaar. Een prachtige ruime en lichte behuizing, geknipt voor het doel.
Het dan inmiddels opgerichte stichtingsbestuur heeft het geweten. De buurt kwam in opstand. Vreesde overlast. Een kort geding volgde. Een en ander bezorgde de laagdrempelige inloop plek, inmiddels geheten "de Bres", zó veel naamsbekendheid dat vanaf de opening in begin 2000 inderdaad, te beginnen met een of twee druppels, een gestage stroom bezoekers de weg wist te vinden naar die plek van gastvriendschappelijkheid; het woord dat vrijwilligers ontdekten om uit te leggen wat daar gebeurt.
Een olifantendracht van ruim zeven jaar. Het begon met een druppeltje. 'De Bres' is niet meer weg te denken uit de Zwolse samenleving. Voor een nog steeds groeiende groep mensen een welkome plek om op adem te komen, vrienden te ontmoeten en vrienden te maken. Gesteund door kerken, moskee, synagoge, humanisten, het college van B&W, het bedrijfsleven en mensen van goede wille. In harmonie met de buurtbewoners. Een verrijking voor de samenleving in Zwolle. Als een gast 'de Bres' verlaat en roept 'dank je wel voor de fijne middag', dan weten we samen waar om we er zijn, voor elkaar